Wereldwijd in de synagogen begint men vandaag aan de vooravond van de eerste shabat van het nieuwe jaar ook met het lezen van een nieuw Bijbelboek: Leviticus, Wayiqra. We lezen Lev. 1:1-6:7, uit de Haftara lezen we Jesaja 43:21-44:23 en we lezen Hebreeën 10:1-18.
Dat vertalers het boek Leviticus zijn gaan noemen is wel enigszins begrijpelijk omdat de voorschriften die er in genoemd worden, vooral betrekking hebben op de dienst van de Levieten. Zij hadden de taak om onderwijs te geven en moesten allerlei hand- en spandiensten verrichten in de Tabernakel. De parasha van vandaag gaat vooral over de verschillende soorten van brand- zond- en vredeoffers die werden verricht in de Tempel van toen.
Qara קרא betekent roepen en heeft Hebreeuws woordverband met Bara ברא, scheppen. Zo leren we in Gods Woord de manier waarop God schept: namelijk door te roepen. Al roepende schept en schiep Hij en zal Hij scheppen.
Oerknal
Vele wereldburgers geloven dat de wereld is ontstaan door één of andere oerknal. Alsof er uit het niets zomaar iets kan ontstaan. Het kan best zijn dat er een soort knal was, echter, het was geen ontploffing, maar een keihard sprekende Schepper die tot de wereld riep. Het was een Knallende toespraak die God hield, al hardop sprekend, en roepend zei Hij: ER GESCHIEDE LICHT… en er geschiedde licht. Qara, roepen en Bara scheppen, zijn woorden die bij elkaar horen.
Wayiqra betekent letterlijk en hij roept, riep en zal roepen. Het is misschien wat lastig te begrijpen dat een werkwoordstijd in de Hebreeuwse BijbelTaal meerdere tijden kan aanduiden. In het Nederlands zijn die tijden immers strikt gescheiden. Hij is of hij was, zijn niet dezelfde
begrippen in het Nederlands. Maar in de GodsTaal, het Hebreeuws, schrijft men ‘Hij was én is én zal aanwezig zijn als hetzelfde woord: HAJAH.
En zo is het ook met het kleinste en middelste Bijbelboek van de vijf boeken van Mozes, het Boek Wayiqra. Volgens berekeningen zou het kleine middelste boekje maar 8 dagen beschrijven van de periode dat Israel bij de Berg vertoefde. Dat is heel wat korter dan de honderden jaren van bv de geschiedbeschrijvingen in het boek Genesis.
Het is duidelijk dat de vertaling van Wayiqra veel ruimer is dan alleen Hij riep. Het betekent ook Hij roept en Hij zal roepen. Wil dat zeggen dat het Boek actueler is dan we moeten of… willen aannemen(?). De voorschriften die er worden genoemd hebben eeuwigheidswaarde; Gods Woord is voor altijd! Ook al is er al tweeduizend jaar geen Tempel om dienst in te doen…
En spreken de brand- schuld- spijs en zondoffers waarover vandaag gelezen wordt in de synagogen niet zo meer tot onze verbeelding vandaag de dag, toch is het goed die gedeelten te lezen en te herinneren. We verwachten opnieuw een Tempel, hoe die zal zijn, hoeven we nu niet te bediscussiëren, maar we menen dat er toch wel weer een tempel zal verrijzen.
Actuele voorschriften
Behalve de typische voorschriften voor de Tempeldienst worden er in Leviticus ook vele adviezen gegeven die zeker ook nu toepasbaar zijn en dat zullen zij blijven. Bijvoorbeeld omgangsvormen tussen man en vrouw, welk voedsel te eten en hoe en wanneer de Feesten van
Adonai te vieren (Lev. 23).
De oude en ook moderne kerk heeft weinig boodschap aan dit middelste Boekje in het hart van de Torah. Het zou allemaal voorbij zijn, verleden tijd. Dat wijst op weinig tot geen zicht op de andere werkwoordstijden van Gods Taal, dat ook voor de toekomst bedoeld is; alles zou nu mogen, vrij van de voorschriften. De Tien Geboden worden vreemd genoeg dan weer niet zo wettisch genoemd…
Jehoshua/Jezus, over Wie geschreven staat dat Hij zonder zonde was, dus alles deed wat er in Gods Woord staat, verwees echter steeds naar de Boeken van Mozes; Hij was bekend met alle voorschriften die we lezen in Leviticus. In Jesaja pleit God voor Zichzelf, roept het volk toe dat ze geen afgodsbeelden mogen maken en aanbidden. Meermaals wijst Hij erop dat Hij zonden vergeeft en ze niet meer gedenkt, wat een God! De climax in dit gegeven vinden we in de Hebreeënbrief, waar het plaatsvervangend offer wordt besproken: God Zelf geeft Zich over als slachtoffer voor de zonden van de mens.
Deze Parasha is meer dan de moeite waard om te bestuderen, zeker nu we naar het Pesachfeest toeleven, shabat shalom!
Yair en Karen Strijker van Studiehuis Reshiet maakten november 2013 met hun kinderen Ruth en Shmuel alija naar Israël. Na een roerige tijd in Sde Tsvi, hemelsbreed 16 kilometer van Gazastad, verhuisden ze januari 2015 naar Na’ale in Samaria, waar ze volgens de profetie van Jeremia 31:6 de volken oproepen naar Jeruzalem te komen om ‘te leren van onze God’.
Wees de eerste die reageert op "Parasha Wayiqra: al roepend schiep Adonai de hemel en aarde"