JERUZALEM | Bassam Andranky groeide als Arabische Israëli op in een Grieks-Orthodoxe familie in het oude stadsdeel van Jeruzalem. In zijn jeugd was hij een tijdje actief in de communistische beweging, maar ook daar vond hij geen antwoorden op zijn levensvragen. Uiteindelijk werd hij atheïst.
Hij studeerde optometrie aan de universiteit in Tel Aviv, waarna hij bij zijn vader in de zaak in de Oude Stad van Jeruzalem als opticien aan de slag ging.
Hoewel hij zich atheïst noemde, besefte hij dat er een geestelijke wereld was. “Ik voelde me ook niet prettig bij de verheerlijking van Palestina, die ik om me heen zag en die ook van mij werd verwacht. Ik wilde echt mijn leven, mijn bloed daar niet voor geven.”
“In 1995 had ik een eerste ontmoeting met Jezus (Yeshua), in een droom in de nacht. Dat gebeurde daarna elke nacht, een paar weken lang. Zijn woorden bleven de hele dag in mijn hoofd. Hij werd steeds meer de werkelijkheid voor mij. Ik vroeg Hem mij te overtuigen van Zijn bestaan en na enkele weken gaf ik mijn leven aan Hem.”
Haat
Bassam haatte nog steeds Israel en ook het Joodse volk. Met die haat was hij opgegroeid, zijn vader had in een eerdere oorlog nog tegen Israel gevochten. “Maar ik raakte er steeds meer van overtuigd dat deze haat niet goed was. Ook dat gaf ik aan Jezus, om het door Hem te laten herstellen. In die begintijd, toen ik pas tot geloof in de Heere Jezus was gekomen, las ik per dag vier tot zes uur in de Bijbel. Ook bezocht ik verschillende gemeenten, onze Grieks-Orthodoxe kerk en ook een Arabische baptistengemeente.”
“De Heere opende mijn ogen voor Israel en voor het Joodse volk. Nu houd ik van Israel en van het Joodse volk.” Hij zegt nu: “Het land is van God en Hij gaf het aan het Joodse volk.”
In 1996 begon Bassam te evangeliseren onder zijn volksgenoten. “Velen kwamen tot geloof en werden ook bevrijd van drugsverslaving. En vanaf 1997 mag ik in de gemeente pastoraal werk doen.”
Liefde
Bassam heeft een brandend hart, vol liefde voor de Heere Jezus en voor zijn volksgenoten. Het is zijn diepste verlangen dat ze ook de Heere Jezus leren kennen. Daarom zet hij zich, samen met anderen, in om via de moderne media Arabischtalige christenen te bereiken met het Evangelie. Ze ontvangen veel reacties, van christenen, van mensen die meer over de Heere Jezus willen weten, maar ook haatreacties.
Hij geeft aan dat er veel verwarring is onder Arabische christenen. “Verreweg de meesten zijn niet bereid contact te zoeken met Israel en met het Joodse volk, ook niet met Joodse gelovigen. De Heere liet mij zien, wat de Bijbel ook zegt, dat wie in Christus is, een nieuwe schepping is. Dat is inclusief onze nationaliteit. Onze oude liefde werkt niet, we hebben nieuwe liefde nodig, de liefde van God, om als Arabische christen van Israel en van het Joodse volk te kunnen houden.”
“Ik heb beide volken lief, Joden en Arabieren. Bijna niemand begrijpt dit. Maar met Gods liefde in ons kan dit.”
Dirk van Genderen publiceert wekelijks een nieuwsbrief over Israel en het Midden-Oosten.
Wees de eerste die reageert op "‘Zonder Gods liefde in mij kon ik niet van de Joden houden’"