De reis van Abram en Sara uit Haran naar Kanaän was een goed aanknopingspunt voor Aliyadag, waarop aandacht wordt geschonken aan het opgaan van tienduizenden Joden naar het land van hun voorvaderen. In het Friese Franeker bereidden jongeren zich voor op hun aliya.
Negentig Nederlandse jonge zionisten gingen tussen 1934 en 1942 in het Friese Franeker het avontuur aan: zij zouden Palestinapionier worden. Kibboets Beth Chaloets (‘Huis van Pioniers’) trok Joodse landbouwleerlingen uit heel Europa.
Ze moeten vol dromen en idealen hebben gezeten, de leerlingen van de Joodse landbouwschool in Franeker. De aanstormende Palestinapioniers kwamen uit alle hoeken van Europa om in kibboets Beth Chaloets alles te leren over landbouw en veeteelt, een strenge eis voor degenen die naar Mandaatgebied Palestina wilden verhuizen.
Jongens en meisjes werden bijgespijkerd met alle kennis die zij na hun emigratie nodig zouden hebben om het Beloofde Land met eigen handen op te bouwen. Door te emigreren, ontvluchtten zij de Europese steden en het oprukkende nazisme.
Toch raakte de plek in vergetelheid. Filmbeelden, gered uit een katholieke kerk, brachten daar in 2017 verandering in, toen hoogleraar Bettine Polak op een belangrijke vondst stuitte. Ze had van haar familie in Israël gehoord dat in Yad Vashem amateurfilmpjes van Jacob Bramson bewaard werden. Beelden uit Nederland.
Jacob Bramson, geneesheer in het psychiatrisch ziekenhuis in Franeker, maakte de beelden voor de Tweede Wereldoorlog. Toen de Duitse bezetter aan de macht kwam, gaf hij ze in bewaring aan een katholieke priester, die de filmpjes inmetselde in het altaar. De beelden overleefden hierdoor de oorlog en kwamen in Israël terecht.
Toen Syds Wiersma van het Fries Film en Audio Archief ze via Polak onder ogen kreeg, besloot hij vol in het verhaal te duiken. Ook Manon Borst, directeur van Museum Martena, kreeg de beelden te zien. Hoewel er al een educatief programma in het leven was geroepen om scholieren te vertellen over de kibboets, wilde zij het verhaal ook in tentoonstellingsvorm naar het publiek brengen.
Er werd ook onderzoek verricht naar de mensen in de filmpjes. ‘Een groot deel van hen is in 1941 in de school gearresteerd en afgevoerd. Zij zijn nooit meer teruggekomen,’ vertelt Borst.
Morris Schnitzer overleefde de Shoa wel en vertrok daarna naar Canada. ‘Hij overleed een jaar voordat wij de beelden onder ogen kregen. Maar hij bleek zijn memoires te hebben geschreven, daar hebben we ruim uit kunnen putten.’ Schnitzer schreef onder andere over de koude winters op het Friese platteland en hoe hij met zijn fiets vaker in een sloot lag dan daadwerkelijk vooruitkwam, omdat de sneeuw het hele landschap bedekte met een spierwitte deken.
Voor wie de Friese taal kan verstaan, geven Josse Pietersma en Manon Borst een interview over de bijzondere geschiedenis van de Kibboets op de Klei en de tentoonstelling in Museum Martena in het programma Op en Ut bij Omrop Fryslân.
Naast de tentoonstelling en het educatieve programma is er een boek in de maak over de bijzondere geschiedenis van de Joodse landbouwschool. In november 2022 verschijnt het. Tot die tijd blijft Kibboets op de klei te zien in Museum Martena aan de Voorstraat in het centrum van Franeker. Daar is op 3 november een monument onthuld ter herinnering aan de moedige pioniers.
Bronnen: Brabosh, Museum Martena, Fries Film Archief, NOS.
Wees de eerste die reageert op "Archeologie: Een Joodse kibboets in Franeker"