Parasha Tetsave: houd de relatie met God levend

Karen en Yair Strijker maakten in 2013 alijah naar Israël.

Parasha Tetsave תצוה Beveel! We lezen Exodus 27:20-30:10. Uit de Haftara lezen we Ezechiël 43:10-27 en dan lezen we Hebreeën 13:10-16.

God draagt Moshe op om aan de Israëlieten te zeggen dat zij zuivere olijfolie moeten brengen om de lampen van de Tempel brandend te houden. Elke avond moet Aharon deze lampen aansteken en brandend houden tijdens de nacht. Ze mogen niet uitgaan. In de ochtend moet Aharon de lampen klaarmaken voor de volgende avond (Ex.30:8).

Het is dus zo: of de lampen branden, of ze zijn in staat van paraatheid gebracht. Het doet denken aan de maagden met de lampen, waar Jehoshua over spreekt in Mattheus 25:1-13. Vijf van hen hadden wel lampen aan, maar er was niet genoeg olie om de lampen in staat van paraatheid te houden en dus misten ze de bruiloft. Hoe ernstig! “Waakt,” zegt Hij ook in Lucas 21:34-36 want u weet niet wanneer de dag aanbreekt en het mag niet plotseling over u komen als een strik! “Waakt te allen tijde en bid dat gij in staat moogt wezen te ontkomen aan alles wat geschieden zal en gesteld te worden voor het aangezicht van de Zoon des mensen.”

Zoals de hogepriester Aharon de lampen brandend moest houden, zo zijn wij ook als opzichters van ons eigen leven geroepen om onze relatie met Hem warm en levend te houden, anders komt Zijn komst als een onverwachte strik en zijn we niet klaar.

Verder gaat de geschiedenis met het reinigen en heiligen van het altaar, het aankleden van de priesters in de heilige gewaden en het offeren van de jonge stier en de twee rammen. Aharon en zijn zonen worden gezalfd met shemen hamishchah, zalfolie המשחה מן ש en let hier op het woord mashach משח, wat zalven betekent en het woord mashiach in zich heeft, Gezalfde משיח. Onze Mashiach is de Gezalfde.

Maaltijd

Het brood wordt ook geofferd en de priesters mogen het vlees van de tweede ram gedeeltelijk eten, samen met een deel van het brood. Veel van de Tempeldienst komt neer op het samen met God maaltijd houden. Voor de wijding van het altaar wordt zeven dagen lang elke dag een stier geofferd.

In Ex. 29:37 spreekt God dat niet het altaar onheilig wordt door het aan te raken, maar dat, juist andersom, alles wat het altaar aanraakt heilig wordt. Daarom mag niet iedereen erbij, het is een plek die strikt voor de priesters is bestemd, die de offerdieren daar slachten, elk offer is dus heilig.

Nadat de zeven dagen voorbij zijn en het altaar is ingewijd, mag er buiten de andere offers in ieder geval elke ochtend en elke avond een eenjarig ram worden geofferd als brandoffer. In Ex.29:45-46 spreekt God de schitterende belofte uit: “Ik zal te midden van de Israëlieten wonen en Ik zal hun tot een God zijn. En zij zullen weten dat Ik, de Aanwezige, JHWH, יהוה hun God ben, Die hen uit het land Egypte geleid heb, opdat Ik in hun midden woon; Ik ben de Aanwezige, hun God.”

De bouw van de Tweede Tempel wordt besproken in Ezechiël, waar opnieuw het altaar, mizbeach מזבח wordt ingewijd, nu met het offeren van een stier, een bok en een ram, zeven dagen lang als brandoffer, waarbij ook zout wordt gebruikt. Na de zeven dagen vraagt God om brandoffers en vredeoffers om Hem met behagen voor Zijn volk te vervullen (vs. 27).

Zondoffer

De Hebreeenschrijver spreekt weer over een ander offer, namelijk het zondoffer, waarvan de priesters niet mogen eten omdat de resten ervan verbrand moeten worden buiten het kamp en later in de tempeltijd buiten de stad. Zo is ook onze Mashiach buiten de stad geofferd en de Hebreeenschrijver spoort de lezer aan om ook buiten de stad met Hem de smaad te dragen, Hem te volgen in Zijn offer.

Het zaad dat in de aarde valt en sterft. Hij is gestorven als hoogst heilig Zaad in de aarde en uit de aarde is Hij weer opgestaan. Hem volgen kost alles. Hoeveel gelovigen in Hem hebben dit al met hun leven moeten bekopen? Zijn ook als zaad in de aarde terechtgekomen? Miljoenen! Met Hem staan zij weer op, met Hem heersen zij en over hen heeft de tweede dood geen macht! (Op.20:4-6).

De vergelijking met Ezechiël 43:27 maakt de Hebreeenschrijver in vs.16 door te zeggen dat we niet mogen vergeten om onze naaste lief te hebben en te delen met hen wat we hebben want dit is God tot een welbehagen. Offers in de Tempel kunnen we niet meer brengen, maar we zijn als een levende Tempel voor Hem en dus verantwoordelijk om te leven zoals Hij dat heeft opgedragen om Hem en onze medemens te dienen. Shabat shalom!

Yair en Karen Strijker van Studiehuis Reshiet maakten november 2013 met hun kinderen Ruth en Shmuel alija naar Israël. Na een roerige tijd in Sde Tsvi, hemelsbreed 16 kilometer van Gazastad, verhuisden ze januari 2015 naar Na’ale in Samaria, waar ze volgens de profetie van Jeremia 31:6 de volken oproepen naar Jeruzalem te komen om ‘te leren van onze God’. 

Wees de eerste die reageert op "Parasha Tetsave: houd de relatie met God levend"

Geef een reactie