Archeologie: Tempelberg-zeefproject bewijst Joods verleden

De Israëlische bodem is rijk aan historie. Voordat ergens in het land een schop in de grond gaat voor de aanleg van een weg of het oprichten van een gebouw, onderzoeken archeologen de bodem op evenuele restanten van een ver verleden. Restanten die het bewijs vormen voor Joodse aanwezigheid in het land, en de Palestijnse aanspraken op de Tempelberg ontkrachten.

Ondanks het grote belang ervan, heeft er nog nooit een archeologisch onderzoek plaatsgevonden op de Tempelberg. Dat liet de Islamitische beheerder Waqf niet toe. Dat veranderde in 1999, tot de Waqf voor de aanleg van de ondergrondse El Marwani Moskee met zware machines voor grondverzet, zonder enig archeologisch onderzoek, 9000 ton grond liet verwijderen en in het Kidrondal storten. De Israëlische Oudheid­kundige Dienst voerde daar slechts een globaal onderzoek uit.

In 2004 lieten twee archeologen, verbonden aan de Bar Ilan Universiteit, het grootste deel van de grond over­brengen naar een veilige plaats in het Emek Tzurim Nationaal Park. Sindsdien wordt – indien particuliere fondsen dit mogelijk maken – de grond droog en nat gezeefd door vrijwilligers en toeristen.

Naast oude munten en stukken aardewerk werden ook scherven gevonden die ooit deel uitmaakten van de mozaiekvloer van de Tweede Tempel. Met enig passen en meten konden de geometische figuren worden gereconstrueerd, die in de tijd van Jezus de wandel­gangen van de Tempel sierden.

Bronnen: en.wikipedia.org, tmsifting.org, reuters.com