Zo’n 2000 jaar voor Christus vertrok Terach met zijn zonen Abram en Nahor, zijn kleinzoon Lot en hun vrouwen en kudden vanuit Oer der Chaldeeën richting Kanaän, vermeldt Genesis 11:31. Maar waar lag Oer precies?
Franklin ter Horst (z״l) schreef er een uitgebreid artikel over, waaruit ik grote delen citeer.
De Grieken noemden de langgerekte, vruchtbare vallei tussen de Tigris en de Eufraat, ‘Mesopotamië‘, land tussen twee rivieren. In het gebied waar thans het huidige Irak ligt, lag na de zondvloed de dageraad van de menselijke geschiedenis en het begin van de grote beschavingen. Meer dan 3000 jaar lang bloeiden hier verschillende beschavingen en kreeg de wereld van de Bijbel er voor een deel zijn gestalte. Het was hier dat Abram het daglicht zag. Volgens diverse onderzoekers moet Abraham hier het rond 1905 v.Chr. geboren zijn en in 1830 v.Chr. op 75 jarige leeftijd in opdracht van God naar Kanaän zijn vertrokken.
Het waren de twee Engelsen, Henry Loftus en Harry Churchill die in 1849 de woestijn van zuidelijk Mesopotamië in trokken op zoek naar het land Sinear. Hun zoektocht werd geïnspireerd door een Bijbeltekst uit Genesis 11:2-3 ‘Toen zij oostwaarts trokken, vonden zij een vlakte in het land Sinear, waar zij zich vestigden.’
Hier in dit gebied verrezen ruim 20 steden waaronder Oer (Ur), Babel, Akkad, Eridoe en Oeroek, in de Bijbel Erech genoemd. Loftus en Churchill ontdekten dat de naam Sinear overeenstemde met de naam Soemerië. Toen zij het gebied binnentrokken, vernamen ze geruchten over ruïnes van een oude stad in Neder-Mesopotamië, op de linkeroever van de Eufraat. Toen ze op de plek aankwamen vonden ze inderdaad een enorme ruïneheuvel die een terrein met een omtrek van tien kilometer bedekte.
Ze bleven daar drie maanden en keerden vervolgens huiswaarts met enkele kleitabletten, stukken aardewerk en een grote ongeschonden grafurn, die vol stond met teksten in spijkerschrift. Loftus kon geen spijkerschrift lezen en hij wist dus niet wat zijn willekeurige collectie van inscripties voor de wetenschap zou betekenen. Toen hij in Engeland terugkeerde, vernam hij dat de naam Oeroek op verschillende kleitabletten was gegrift. Hij had één van de oude Bijbelse steden ontdekt, die onder het zand van de woestijn van Sinear begraven liggen.
De Bijbel maakt duidelijk dat Abraham leefde in de stad Ur (Oer) der Chaldeeën. De vraag is echter of het hier gaat om de stad Oer in het zuiden van Mesopotamië, of Oerfa (ook Oer) vlakbij Charan, in het noorden van Mesopotamië. Tot voor het midden van de 19e eeuw werd vrijwel algemeen aangenomen dat het noordelijk gelegen Oerfa de geboorteplaats van Abraham was. Op grond van de beschikbare gegevens uit de Bijbel kon men tot geen andere conclusie komen.
Na het ontcijferen van een spijkerschrift werd echter ook een stad Oer in het zuiden van Mesopotamië gelokaliseerd. De aandacht van de geleerden verschoof daarop naar het zuidelijke Oer. Met name L. Woolley, onder wiens leiding grootschalige opgravingen plaatsvonden in de ruïnes van Oer van 1922 tot 1934, was ervan overtuigd dat dit Abrams geboorteplaats was.
Het grootste bezwaar tegen deze visie is echter dat het zuidelijke Oer op zo’n grote afstand van Charan is gelegen. Daarom moet volgens een aantal deskundigen de stad Oerfa in het noorden de geboorteplaats van Abraham zijn. Deze stad wordt genoemd op een kleitablet dat gevonden werd in Oegarit. In Oerfa bestaat een oude traditie dat Abram er geboren is. Het zuidelijke Oer als woonplaats van Abram is moeilijk inpasbaar in de gegevens uit de Bijbel over Abram. Hij en zijn familie zijn moeilijk voor te stellen als inwoners van een wereldse stad. Hij leefde niet in een huis maar in tenten. Als een nomade trok hij met zijn kudden van weideplaats naar weideplaats.
Een wetenschappelijke analyse van de Chaldeeën en de plaats van Oer.
Bronnen: Franklin ter Horst, Ur (Wikipedia).
Wees de eerste die reageert op "Archeologie: Waar lag Oer der Chaldeeën?"