In verband met het Pésachfeest deze week geen wekelijkse parasjah, maar een artikel over het verband tussen het offer van de Here Jezus en Pésach.
Volgens de traditionele christelijke uitleg staat het offer van de Here Jezus voor de volledige verlossing, vergeving en verzoening van de zonde van de mensheid. Van de wereld zelfs. Echter, Isra‘El lijkt daarvan buitengesloten, terwijl christenen zondigen tot op deze dag. Zijn deze tegenstrijdigheden in de Bijbel verklaard?
Een offer is een gewijd geschenk aan een godheid. Tegenwoordig wordt het echter geïnterpreteerd als iets uitzonderlijks geven. Iets heel kostbaars, iets waarvoor heel veel moeite gedaan is of voor een speciale gelegenheid is gegeven. Deze interpretatie komt echter van de ruilhandel. De een geeft de ander wat en verwacht iets terug. Dit is echter een heidens (offer)principe. Offeren is in de Bijbel heel wat anders.
Bijbels offer
In de Bijbel is een offer oorspronkelijk een geschenk aan God. Adam begon het offeren aan God, want er is eeuwig onderscheid tussen God en mens. Maar het was geen offeren om Gods opmerkzaamheid te smeken, maar alleen bedoeld om hem te eren. God had immers directe omgang met Adam (Gn 3:8). Na Adams geloofsafval (Gn 3:11) kreeg het offeren aan God een zeer negatieve betekenis voor de mens. De mens was in de macht van satan gekomen, waardoor offeren in een ander kader kwam te staan. Het oorspronkelijke offeren aan God om Hem te eren raakte op de achtergrond. Van toen aan moest wel Gods opmerkzaamheid worden afgebeden, want God had Zich van de mens verwijderd. Maar er werd ook plaatsvervangend geofferd voor eenmalige tijdelijke (ver)lossing, wijding en vergoeding. Het (ver)lossingsoffer was een manier van vrijkoping om het leven van de gelovige te laten voortbestaan. Al deze nieuwe manieren van offeren zijn niet door mensen maar door God ingesteld (Gn 3:21). Het offer begeleidde een gebed voor herstel, maar alleen Gods genade gaf herstel. Het offeren benadrukt ook dat God als Eigenaar van de mens gekend wil zijn. Het Bijbelse offeren is dus fundamenteel anders dan dat in de heidense wereld.
Kruisiging en Pésach
Wat voor offer bracht de Here Jezus? Op het eerste gezicht lijkt de dood van de Here Jezus niets te maken te hebben met een offer aan God. Hij werd dan wel door de godsdienstige Hoge Raad (Sanhedrin) van Isra‘El ter dood veroordeeld (Mt 26:66), maar zij lieten de voltrekking van de straf over aan de Romeinse bezetter. Die kozen voor de toentertijd gangbare doodstraf voor halsmisdadigers (hoogverraad); de marteldood door kruisiging. Is dat wel een offer aan God? In de Bijbel wordt beweerd van wel (Hb 9:14). Hoe zit dat?
De Here Jezus had een godsdienstige bediening. Dat blijkt ook uit Zijn veroordeling door het Sanhedrin (Mt 26:63-66). Daar komt bij dat Zijn dood ten tijde van het Bijbelse Pésachfeest (Pasen) was en dus daar ook iets mee te maken kan hebben. Dat verband wordt bevestigd in de Bijbel. Het beschrijft Zijn dood als een diepere vervulling van Isra‘Els Uittocht uit Egypte wat met het Pésachfeest wordt herdacht (1 Kor 5:7). Voor Pésach had God aan Mozes bevolen dat de Isra‘Elieten een rein dier aan God moesten offeren, het bloed ervan aan de deurposten moesten smeren en het meteen die avond voor de Uittocht in haast moesten opeten. Daardoor zou God het verderf over Egypte aan de Isra‘El laten passeren. Als het offer van de Here Jezus een vervulling is van Pésach, dan is Zijn dood als nieuw Pésachoffer op te vatten (Lc 22:19-20). Maar dat offer heeft geen verlossing aan Isra‘El gebracht. Hoe kan dat?
Pésach voor de mensheid
Als het Pésachoffer van de Here Jezus een vervulling is van het Bijbelse Pésach, dan moet het een veel grotere betekenis hebben dan het oorspronkelijke. Kan Zijn Pésachoffer dan toch bedoeld zijn voor heel de mensheid en de wereld zoals beweerd wordt, ondanks dat Pésach Isra‘Els geschiedenis is?
Isra‘El had oorspronkelijk een roeping voor de mensheid (Js 49:6). Gods heil zou via Isra‘El tot de mensheid komen. Maar doordat de mensheid sinds de zonde van Adam onder de slavernij van satans macht kwam (Gn 3:15, 22) kon eigenlijk alleen God die roeping realiseren (Lc 18:26-27). Het Pésachverhaal laat het zien. Net zoals Isra‘El door God werd verlost uit de macht van Egypte, zo zou Gods volk verlost worden uit de macht van satan. Hier wordt de diepere vervulling van het offer van de Here Jezus duidelijk; het maakt Pésach algemene geschiedenis.
Het Pésachoffer kan dat namelijk ook zijn, want het gaf Isra‘El de Uittocht nog voordat ze een natie werden. Vandaar dat ook vreemdelingen die niet uit Isra‘El geboren waren mee mochten trekken met de Isra‘Elieten (Ex 12:38). Toch overkwam het specifiek Isra‘El en sloeg God Egypte ten behoeve van Isra‘El. Op dezelfde wijze blijft de mensheid, de wereld onder satans macht, maar worden alleen gelovigen, de eerstelingen zijn uit de mensheid, ervan verlost. Doordat ze deel hadden aan het Pésachoffer van de Here Jezus.
Vergeving en verzoening
Vergeving is nodig om schuld die iemand bij een ander heeft in te lossen. Zonder vergeving blijft die schuld open staan en elke schuld eist vergoeding. Maar vergeving betekent niet dat alles weer bij het oude is. Om dat te herstellen is verzoening nodig. Verzoening is herstel en instandhouding van de band tussen personen. God heeft met het sluiten van Verbonden laten zien dat Hij een band wil hebben met de gelovige. Vergeving van God ontvangen is alleen voldoende als de gelovige die band heeft aanvaard en ernaar leeft. Bij het aannemen van Gods Nieuwe Verbond wordt de gelovige met God verzoend. Vergeving en verzoening staan echter ‘los’ van het Pésachoffer van de Here Jezus. Maar het Nieuwe Verbond kan alleen aangenomen worden door Zijn Pésachoffer. Het Hogepriesterschap, dat Hij ontving na Zijn Hemelvaart, geeft vergeving en verzoening. Dat is Zijn huidige Nieuwe Verbondsambt.
Het offer van de Here Jezus is pas het eerste, in de Bijbel genoemde, collectieve offer aan God dat Hij bracht. Hij kon daardoor het Nieuwe Verbond met God bemiddelen. Zijn diepere vervulling van het Pésachfeest is dat Gods eindoordeel passeert aan gelovigen en hen vrij zet om dat Nieuwe Verbond aan te nemen.
Het is niet mogelijk dat de Here Jezus ermee onvoorwaardelijk alle zonden van heel de mensheid heeft vergeven. De hele wereld (de Schepping) al helemaal niet. Toch is Zijn Pésachoffer voor de hele mensheid toegankelijk en bedoeld en niet specifiek voor Isra‘El.
Het Pésachoffer van de Here Jezus staat voor een geestelijke omwenteling door de verlossing van gelovigen uit de macht van satan. Het is de noodzakelijke, geestelijke ‘uittocht’ die God geeft. Het is ook de ‘uittocht’ uit de heidense wereld. Pas na deze verlossing volgden vergeving en verzoening door de Tempeldienst van de Here Jezus.
Volgende week gaan we verder met sidra‘ Qedosjiem.
Bijbelleraar Marco van Putten is gespecialiseerd in Judaïca en de rabbijnse wereld; in de wekelijkse Parasjah prikkelt hij gelovigen na te denken over de Hebreeuwse wortels van het geloof.
Wees de eerste die reageert op "Pésachoverdenking: welk offer bracht de Here Jezus?"