Vanavond begint Simcha Thora, de Vreugde der Wet, waar Koning David in Psalm 119 al uitgebreid over schreef.
Psalm 119 is het langste hoofdstuk van de Bijbel, niet onbelangrijk. Hij staat ongeveer in het midden van de Bijbel. De Psalm is zeer kunstmatig, het is een achtvoudig alfabetisch acrostichon. De psalm volgt het Hebreeuwse Alef-Beth, de eerste acht verzen beginnen met alef, de tweede acht met beth, de derde acht met gimmel en dat gaat zo 22 x 8 door, 176 verzen lang.
Acht is het getal van behoud en tweeëntwintig van het kruis. De 22e letter was een kruis in Paleo-Semitisch (Oud Hebreeuws). Er zijn niet alleen 22 coupletten van 8 regels, maar er zijn ook 8 trefwoorden die steeds terugkomen en een synoniem karakter hebben: torah (wet), ‘edot (getuigenissen), piqqudim (bevelen), mitsvot (geboden), mishpatim (verordeningen), chuqqim (inzettingen), dabar (woord) en imrah (woord, belofte, redenen, toezegging) (NBG-vocabulaire). Deze acht woorden komen in 163 van de 176 verzen voor.
Ik persoonlijk heb Gods wet lief, ik houd van zijn geboden (ook van het 4e gebod der sabbat). Ik heb moeite met betogen tegen Gods wet (torah). Torah betekent wet, leer of onderwijzing; een afgeleid woord is moreh (Strong, 04175), leraar. Ik onderwijs graag Gods geboden. Hieronder wat Psalm 119 te zeggen heeft over Gods wet of onderwijzing (torah, Strong 08451).
Psalmen 119:1 Welzalig zij, die onberispelijk van wandel zijn, die in de wet (inclusief 4e gebod) des HEREN gaan.
Psalmen 119:18 Ontdek mijn ogen, opdat ik aanschouwe de wonderen uit uw wet (inclusief 4e gebod der sabbat).
Psalmen 119:29 Doe de weg der leugen van mij wijken en schenk mij genadig uw wet (inclusief 4e gebod der sabbat).
Psalmen 119:34 Geef mij verstand, dan zal ik uw wet (inclusief 4e gebod) bewaren, en haar van ganser harte onderhouden.
Psalmen 119:44 opdat ik uw wet (inclusief 4e gebod) bestendig onderhoude, voor altoos en immer.
Psalmen 119:51 Hoezeer overmoedigen mij bespotten, van uw wet (inclusief 4e gebod der sabbat) wijk ik niet.
Psalmen 119:53 Verontwaardiging greep mij aan vanwege de goddelozen, die uw wet (inclusief 4e gebod) verlaten.
Psalmen 119:55 Des nachts gedenk ik uw naam, o HERE, en onderhoud ik uw wet [uw onderwijzing] (inclusief 4e gebod).
Psalmen 119:61 Hoewel strikken der goddelozen mij omgeven, ik vergeet uw wet (inclusief 4e gebod der sabbat) niet.
Psalmen 119:70 Ongevoelig als vet is hun hart, maar ik verlustig mij in uw wet [in uw onderwijzing] (inclusief 4e gebod).
Psalmen 119:72 De wet [de torah] (inclusief 4e gebod) van uw mond is mij beter dan duizenden stukken goud en zilver.
Psalmen 119:77 Uw barmhartigheid kome over mij, opdat ik leve, want uw wet (inclusief 4e gebod) is mijn verlustiging.
Psalmen 119:85 Overmoedigen hebben mij kuilen gegraven, zij, die niet leven naar uw wet (inclusief 4e gebod).
Psalmen 119:92 Ware uw wet (inclusief 4e gebod) niet mijn verlustiging geweest, dan was ik vergaan in mijn ellende.
Psalmen 119:97 Hoe lief heb ik uw wet (inclusief 4e gebod)! Zij is mijn overdenking de ganse dag.
Psalmen 119:109 Mijn leven is bestendig in gevaar, maar uw wet (inclusief 4e gebod der sabbat) vergeet ik niet.
Psalmen 119:113 Ik haat weifelaars, maar uw wet (inclusief 4e gebod) heb ik lief.
Psalmen 119:126 Het is tijd voor de HERE om te handelen, zij hebben uw wet (inclusief 4e gebod) verbroken.
Psalmen 119:136 Mijn ogen vloeien als waterbeken, omdat men uw wet (inclusief 4e gebod) niet onderhoudt.
Psalmen 119:142 Uw gerechtigheid is gerechtigheid voor eeuwig, en uw wet (inclusief 4e gebod) is waarheid.
Psalmen 119:150 Wie schanddaden najagen, zijn nabij, verre houden zij zich van uw wet (inclusief 4e gebod);
Psalmen 119:153 Zie mijn ellende en red mij, want uw wet (inclusief 4e gebod) vergeet ik niet.
Psalmen 119:163 Ik haat en verafschuw leugen, maar uw wet (inclusief 4e gebod) heb ik lief.
Psalmen 119:165 Zij, die uw wet (inclusief 4e gebod) liefhebben, hebben grote vrede, er is voor hen geen struikelblok.
Psalmen 119:174 Naar uw heil verlang ik, o HERE, uw wet (inclusief 4e gebod der sabbat) is mijn verlustiging.
Wees de eerste die reageert op "Simcha Thora: het langste hoofdstuk van de Bijbel gaat over de vreugde der wet"