Studie over verhouding Joden en niet-Joodse christenen

Jodendom en christenheid werden aparte en rivaliserende religies. Volgens velen was dit van Godswege bewerkt. Maar is dit wel waar en wat zijn de diepere oorzaken erachter? Jos Westerbeke werkt dit uit in zijn boek ‘De Joodse Apostelen en de eerste Christenen’. Hoe deed hij dat?

Boekanalyse
Westerbeke is IT-specialist bij een universiteitsbibliotheek en specialiseert zich als gelovige al meer dan 20 jaar op het Joodse volk.

Hij stelt dat de christenheid al vrij snel geen waardering meer had voor hun Joodse wortels. Daarom bestaat er nu geen goed begrip meer over het onderscheid dat er volgens hem tussen Joden en niet-Joden zou bestaan, terwijl ze toch een geestelijke eenheid zouden vormen. Hoe dat zit is het hoofdthema van zijn boek.

Na een voorwoord, uitleg van gebruikte terminologie, een verantwoording, een inleiding en de onderzoeksvraag behandelt Westerbeke het onderwerp in diverse hoofdstukken verdeeld over twee delen. Deel 1 (78 pagina’s): De scheiding van Jood en Christen. Deel 2 (96 pagina’s): De Joodse apostelen. Elk deel sluit af met een conclusie.

Voetnoten geven bron- en achtergrondinformatie. Het boek sluit af met een eindconclusie. Er zijn vijf excursen toegevoegd, een Engelstalige samenvatting (Abstract), een literatuurlijst en een verantwoording voor de afbeeldingen (enkele z/w plaatjes). Bijbelcitaten komen uit de Statenvertaling (SV).

Bijzondere stellingen
Westerbeke komt met allerlei bijzondere stellingen. Nadat in de afgelopen jaren weer een hernieuwde focus is gekomen op het Joods-zijn van de Here Jezus, trekt Westerbeke de lijn door naar de apostelen uit het Nieuwe Testament (NT). Ook zij waren en bleven Joods. Hij stelt echter dat de eerste gemeente in Jeruzalem Farizees (school van Hilleel) zou zijn geweest!

Toch zou al heel snel (midden eerste eeuw) anti-Judaïsme onder de groeiende niet-Joodse meerderheid zijn opgekomen, omdat zij, om toe te kunnen treden tot het Nieuwe Verbond, volgens het NT niet verplicht zouden zijn Jodendom aan te nemen!

Joodse christenen werden zwaar onder druk gezet zich aan te passen aan hun niet-Joodse broeders door eveneens hun Jodendom los te laten (Vervangingstheorie). Dat zou het ware schisma tussen ‘kerk & synagoge’ zijn. Er zou daardoor een Joods-christelijke beweging los van de kerk zijn ontstaan die uiteindelijk na enkele eeuwen zou zijn verdwenen.

Evaluatie
Dit boek duikt in het belangrijke en interessante onderwerp van de plaats van het Bijbelse Jodendom in het NT. Een Bijbels kernonderwerp dat heel opmerkelijk al eeuwen onderbelicht blijft. Westerbeke wil daarover de ‘bedekking van de kerk’ wegnemen. Hij richt zich daarbij vooral op zijn reformatorische achterban.

Belangrijk is zijn juiste stelling dat de leer van Paulus al tijdens zijn leven tot op heden verkeerd is begrepen en/of genegeerd. Bijvoorbeeld dat hij zou hebben gesteld dat door het werk van de Here Jezus het Joodse volk en de Torah door God terzijde zou zijn gesteld.

Sommige van Westerbeke’s stellingen zijn echter onjuist, omstreden, onwaar en onderling tegenstrijdig. Zo stelt hij dat alleen Joden (christen of niet) van Godswege verplicht zouden zijn de Joodse Torah (Schriftelijke & Mondelinge godsdienstige onderricht) te houden en niet-Joodse christenen de zeven Noachidische bepalingen die volgens hem buiten de Torah zouden staan. Wat later voegt hij daar toch ook de 10-Woorden bij. 17 bepalingen in totaal dus.

Hij leert hiermee een Twee-wegentheorie die strijdig is met de Bijbel, maar die logischerwijs bijval krijgt vanuit het (liberale) rabbinale Jodendom. De boodschap is dan dat Christenen vooral op hun eigen terrein moeten blijven en dat het Joodse volk buiten de kerk staat (Twee-Godsvolkentheorie). Dit is tegenstrijdig met zijn eigen stelling dat in het NT zou staan dat de twee (Joden en niet-Joden) een (geestelijke) eenheid zouden moeten vormen.

Als Twee-wegentheorie waar zou zijn, dan zou het werk van de Here Jezus niet nodig zijn voor het Joodse volk, terwijl toch expliciet in de Bijbel staat dat dit wel zo is (Hnd 4:12). Dat wijst er ook op dat nog steeds niet begrepen wordt dat Hij eigenlijk alleen voor het Joodse volk kwam! Maar het uit de kerk werken van het Joodse volk past bij Vervangingstheorieën (christenheid neemt plaats Jodendom over) en dat werkt alleen maar schadelijk.

Ook stelt hij dat de waterdoop Joods-zijn zou bepalen in plaats van afstamming! Door waterdoop zou iemand volgens hem toetreden tot Gods Verbond. Dat is geen Bijbelse leer, maar het ‘christelijke’ dogma dat stelt dat de besnijdenis zou zijn vervangen door de waterdoop. Maar de NT-waterdoop – een eenmalige demonstratie – kan toch moeilijk een blijvende teken van Gods Verbond zijn.

Een ander ‘christelijk’ dogma dat Westerbeke herhaald is dat Gods genade belangrijker is dat de Torah. Opnieuw schuilt hier Vervangingsdenken achter en stelt twee zaken tegenover elkaar dat Bijbels gezien niet mogelijk en onzinnig is. In de Torah zit immers Gods genade verwerkt.

In dit boek wordt geconstateerd dat er voor Joodse-christenen blijkbaar nog steeds geen plaats is in de traditionele christenheid, maar ook niet in het traditionele Jodendom. Maar opdat hij steevast partij kiest voor de reformatorische traditie, doet hij feitelijk niets met deze constatering. Hij heeft het alleen uitgebreid vastgesteld.

Kortom, Westerbeke legt zijn vinger bij het enorme (spirituele) gewicht van zijn ‘ontdekkingen’, maar vervolgens ondermijnt hij dit echter, waarschijnlijk en hopelijk onbewust, met zijn eigen kromme stellingen!

Dit boek heeft geen enkel zoekregister (niet eens van Bijbelteksten) en de literatuurlijst is nogal gedateerd. Ook valt Westerbeke jammer genoeg veel in herhaling. Toch wordt dit boek wel aangeraden.


Westerbeke, J., De Joodse apostelen en de eerste christenen. Het onderscheid tussen Jood en niet-Jood. 2021, productie Boekscout, Soest, 255 pagina’s, € 22,50, ISBN: 9789464315738.

Wees de eerste die reageert op "Studie over verhouding Joden en niet-Joodse christenen"

Geef een reactie