Op de berg van de uitkijk verrijst een huis voor Baäl. Het staat er eenvoudig, maar we kunnen ervanuit gaan dat het niet een simpel huisje en altaartje is geweest, maar een afgodencomplex. Samaria staat zo in contrast met Jeruzalem. Rondom Jeruzalem zijn bergen. De tempel stond op een van die bergen. Je zou dus kunnen zeggen dat Samaria de directe tegenhanger van Jeruzalem is. Een grotere verdeeldheid tussen het huis van Israël en het huis van Juda is niet denkbaar.
32 Hij richtte voor de Baäl een altaar op in het huis van de Baäl, dat hij in Samaria gebouwd had. 33 Ook maakte Achab een gewijde paal, zodat Achab nog meer deed om de HEERE, de God van Israël, tot toorn te verwekken dan alle koningen van Israël die er vóór hem geweest waren.
Baäl
De vader van Izebel heet Ethbaäl, dat wil zeggen Met Baäl of Baäl is met ons. Hij is de priester-koning en regeert dus bij de gratie van Baäl. Hij vereenzelvigde zich met de godheid door zijn naam aan te nemen. Niet alleen trouwt Achab met Izebel, de priesteres-koningin van Astarte, hij dient ook de Baäl en onderwerpt zich aan deze god (16:31). Baäl is de babylonische hoofdgod. De god van de vruchtbaarheid, en de regengod, de god van de wateren. Samen met de moedergodin Astarte vormt hij een makaber koppel. Zijn naam is verbonden met Babel en Bel en heeft een betekenis van verwarren of vermengen. Bel wordt wel afgebeeld als een gekroonde, gehoornde draak. De draak en de vrouw komen we ook tegen in het boek Openbaring.
De dienst aan Baäl en Astarte gaat gepaard met de aanbidding van zon en maan. Het is een dienst van occulte werken, toverijen, vele offeranden, en een sterke seksuele immoraliteit. De kinderen die uit deze immoraliteit geboren werden, werden als een bloedoffer aan de Moloch geofferd. Moloch staat ook bekend als Baäl (Jer. 19:5, 32:35). Aanbidders van Baäl aten deze offers en sneden zichzelf met zwaarden en speren. Hoewel de Baäl onder verschillende namen (bijv. baäl-hermon) voorkomt, was de Baäl van Tyrus de voornaamste.
Ezechiël 28 spreekt over de vorst en de koning van Tyrus. De eerste blijkt een mens te zijn, de tweede is de engelvorst van Tyrus. Deze engelvorst is niemand anders van de satan zelf (zie bijv. vers 13). Deze engelvorst is ook de Moloch, wat koning betekent. De joodse traditie zegt dat de zeventig volken van de wereld geleid worden door zeventig engelvorsten. Samaël, de engel van het kwaad, heeft de leiding over deze vorsten. Baäl en Astarte: de overste van de wereld en de koningin van de hemel. Een luguber stel.
Om zijn vrouw te behagen bouwde Achab in Samaria een tempel voor Baäl en maakte zich daarmee afhankelijk van de engelvorst van Tyrus. In deze tempel plaatste hij een altaar voor Baäl én een Asjera-paal.
Asjera
Een gewijde paal wordt ook wel een Asjera-paal genoemd. In de mythologie is Asjera de moeder van zowel Astarte als Baäl. Baäl en Astarte zijn dus zowel broer en zus, als man en vrouw. Asjera is de vrouw van El, de kanaänitische vadergod. De godin Asjera wordt afgebeeld als een boom of een pilaar. Een dergelijke paal of pilaar wordt ook als een fallussymbool gezien. Het klinkt allemaal wat ingewikkeld, maar voor El kan in dit verband ook Baäl gelezen kan worden. Het gaat erom dat we de geestelijke machten achter de namen gaan herkennen. De moederlijke, beschermende, koesterende godin Asjera en haar tegenhanger Astarte, de godin van de vruchtbaarheid en seksualiteit. De vaderlijke god El en Baäl, de god van de natuurkrachten.
Izebel slaagt erin om bijna alle profeten van JHWH te laten uitroeien. In hun plaats kwamen er vierhonderdvijftig Baälpriesters en vierhonderd Asjera-profeten. Zij aten van de tafel van Izebel (18:19). En wiens brood met eet, diens woord men spreekt. Izebel is de vertegenwoordigster van de koningin van de hemel en dezelfde als de koningin van Babylon. De hoer die op het beest zit (Openb. 17). We moeten daarom de doorgaande lijn in de geschiedenis zien.
In onze tijd is Asjera ook de godin die door New Agers aanbeden wordt. Als Gaia (Grieks), moeder aarde, wordt de aanbidding van en dienst aan haar door de Verenigde Naties gestimuleerd. Allerlei wetten die uit de VN-koker komen en waaraan Nederland zich onderworpen heeft, hebben ten diepste als doel de aanbidding van de koningin des hemels wereldwijd tot verplichte godsdienst te maken.
These are the days of Elijah
Het beeld kan ontstaan dat Achab een zwakkeling was. Het tegendeel is waar. Zijn vader Omri en hijzelf worden genoemd in de buitenbijbelse annalen als roemruchte koningen. Alleen dat is niet de maatstaf die het Woord aanlegt. Daarin gaat het of een koning in de wegen van JHWH wandelde of niet. Daaraan wordt zijn grootheid afgemeten.
Israëls koningen regeerden bij de gratie van JHWH. Achab, echter, regeerde bij de gratie van Baäl en Astarte. Wat je nog meer kunnen doen om JHWH tot toorn te verwekken? Ik zou het niet weten. De tijd van Achab is niet zomaar een tijd van afval en verwereldlijking. Het is de geestelijke strijd om het land Kanaän, het land van de belofte.
Zonder meer is deze tijd een dieptepunt te noemen in de geschiedenis van Israël. Niet eerder na de komst van het volk in Kanaän werd land en volk zo met andere goden vervuld. De satan had zijn grondgebied waar hij eens heer en meester was weer heroverd. Hier ontwaren we de contouren van de bovennatuurlijke strijd in de hemelse gewesten. Het is geen wonder dat de satan zijn keurtroepen inzet om Israël eronder te krijgen.
De Hinderaar, de satan, neemt geen genoegen met alleen het land Kanaän. De aarde is van JHWH en al wat zij bevat, de wereld en wie er wonen (Psalm 24). Op de zeer hoge berg toonde de satan aan Jezus alle koninkrijken van de wereld, met hun heerlijkheid (Matt. 4). De enige voorwaarde voor het in bezit krijgen, was onderwerping aan de tegenstander. Dat was echter een valse voorstelling van zaken. Christus zál Koning zijn. De Koning der ere (Ps. 24). Dat bevestigde Hij aan het kruis toen Jezus uitsprak: “Het is volbracht”. Hoewel de vorst van de wereld toen werd geoordeeld, doet hij er alles aan om zijn heerschappij over de wereld te bevestigen. Tot in onze dagen toe. Openbaring spreekt van de dodelijk wond die geneest. Een wonderbaarlijke herleving. Op weg naar één wereldregering?
Lees ook deel 1, deel 2 en deel 3 van deze serie.
Anco van Moolenbroek is auteur van het boek “Ezau, hij is Edom”. Hij verzorgt periodiek het Leerhuis op Radio Israël en blogt voor MessiaNieuws.
Wees de eerste die reageert op "These are the days of Elijah (deel 4)"