De aarde verwelkt…

Foto: Levi Zoutendijk

‘Zijn er onder de nietige afgoden van de heidenvolken die het laten regenen, of kan de hemel regendruppels geven? Bent U dat niet, de HEERE, onze God? Wij zien naar U uit, want al deze dingen doet U!’ (Jeremia 14:22).

Na het commentaar van vorige week over de aanhoudende droogte gebeurde er iets bijzonders. Verschillende lezers van de Nieuwsbrief lieten weten aangesproken te zijn. God legde door Zijn Geest een verlangen in hun hart om samen te komen om ons samen voor de Heere te verootmoedigen en Hem te smeken ons genadig te zijn. Een echtpaar uit de Betuwe stelde spontaan hun zorgboerderij ter beschikking om in samen te komen. U bent hartelijk uitgenodigd om mee te komen bidden.

De overtuiging groeide om deze weg te gaan. Ook al is het vakantietijd. Zo de Heere wil en wij leven hopen we aanstaande woensdagavond 1 augustus samen te komen voor Gods aangezicht, in gebed, smeking en dankzegging. De adresgegevens vindt u verderop, onderaan deze tekst.

Velen hebben de afgelopen dagen de Heere al gebeden om regen. We danken Hem dat er verspreid over het land de afgelopen dagen al enkele buien zijn gevallen. De droogte is echter nog lang niet voorbij, evenmin als de warmte.

Er zijn mensen die genieten van het mooie weer, maar voor zwakken, ouderen en zieken is het zwaar. Ook de land- en tuinbouw lijden onder de aanhoudende droogte.

Als we alleen maar geloven dat dit warme en droge weer wordt veroorzaakt door de CO2-uitstoot door de mens, sluiten we uit dat God er door tot ons spreekt. Ik ben er wel degelijk van overtuigd dat de Heere tot ons wil spreken. Allereerst om ons te laten beseffen dat we helemaal van Hem afhankelijk zijn. De mens kan veel, wetenschappers trachten zelf nieuw leven te creëren, maar de mens kan het niet laten regenen, kan ook de temperatuur nauwelijks laten stijgen of dalen. Het is in handen van de Heere.

Het Bijbelvers aan het begin van het commentaar komt uit Jeremia 14. De profeet schrijft over een grote droogte waardoor het land Juda is getroffen. Een nationale ramp. ‘De grote droogte’, zegt vers 1. Zo stond die ramp bekend in de geschiedenis van Juda. Misschien gaat de zomer van 2018 in ons land ook zo de geschiedenis in.

Vers 4 zegt dat de grond gescheurd is omdat er geen regen op het land gekomen is. De akkerbouwers schamen zich, de hinde laat haar jong in de steek omdat er geen gras is. De wilde ezels staan op de kale hoogten, als jakhalzen snakken ze naar adem, hun ogen bezwijken omdat er geen gewas is.

Aanhoudende, ernstige droogte, hoge temperaturen. Toen, maar ook nu, bij ons. Jeremia vervolgt:
‘Hoewel onze ongerechtigheden tegen ons getuigen,
HEERE, doe het omwille van Uw Naam,
want talrijk zijn onze afdwalingen,
tegen U hebben wij gezondigd.
U, Hoop van Israel,
zijn Verlosser in tijd van benauwdheid,
(…)
U bent toch in ons midden, HEERE,
en wij zijn naar Uw Naam genoemd,
verlaat ons niet (vers 7, 8a en 9b).

Jeremia beseft wat de oorzaak van alle ellende van het volk is. ‘Onze ongerechtigheden getuigen tegen ons (…) we hebben tegen U gezondigd.’ Hij wijst niet met zijn beschuldigende vinger naar het volk, maar hij sluit zich er zelf bij in: ‘Wij hebben gezondigd…’ Ook ik…
Dit is ook voor ons de weg om te gaan. ‘Heere, ook wij hebben gezondigd, wij, ik, onze gemeente, ons volk…’

Hierbij mogen we pleiten op de Naam van de Heere Jezus, de Verlosser. ‘Werkt U met Uw Geest in onze harten, vergeef ons onze zonden, reinig ons door Uw bloed, schenk bekering, een herleving, een terugkeer tot U. Omdat U alleen alle lof, eer en aanbidding waardig bent.’

In de volgende verzen van Jeremia 14 volgen ernstige woorden. Vanwege de grote zonden van het volk zal de HEERE niet naar hen luisteren en Zich niet over hen ontfermen. Huiveringwekkend zijn de woorden in vers 11: ‘Bid niet voor dit volk ten goede’.

Ook al vast het volk, al bidt het volk, al brengen zij offers, de HEERE zal niet luisteren (vers 12). Valse profeten stellen het volk gerust: ‘U zult geen zwaard zien en honger zult u niet krijgen, maar Ik zal u een duurzame vrede geven in deze plaats’ (vers 13).
Het zijn valse profeten, zegt de HEERE door Jeremia. ‘Zij profeteren vals in Mijn Naam. Ik heb hen niet gezonden, hun geen opdracht gegeven’ (vers 14).

Het is het volk van Juda om water te doen, om voorspoed, om materiële zegen, maar niet om de zegen van de HEERE en vrede met Hem. Hij wil het volk tot inkeer brengen, dwars door de oordelen heen.

Ik geloof dat dit ook het verlangen van de Heere voor ons vandaag is: dat ons volk tot inkeer, tot bekering komt. In Jeremia 14 zie je dat Jeremia hierin voorop gaat. Dat is de algemene lijn in de Bijbel. We zien dat eveneens in de schuldbelijdenissen van Daniël, van Ezra, van Nehemia.

In vers 19 vraagt Jeremia aan de Heere of Hij Juda dan helemaal verworpen heeft, of Zijn ziel walgt van Sion. ‘Waarom hebt U ons zo geslagen dat er geen genezing meer voor ons mogelijk is? Wij zien uit naar vrede, maar er is niets goeds, naar een tijd van genezing, maar zie, er is verschrikking.’

Ik ben ervan overtuigd dat ons volk nog niet zo diep is gezonken als Juda toen, maar toch zijn we wel op weg daarheen.
God zij dank zijn er nog veel goede dingen in ons land. De Heere kent in ons land degenen die de Zijnen zijn, die door genade hebben geleerd hun vertrouwen op Hem te stellen, voor tijd en eeuwigheid.

Er zijn nog Jeremia’s in ons land, die de knieën buigen voor de Heere Jezus, hun zonden en de zonden van volk en land belijden en Hem smeken ons genadig te zijn en Zijn aanwezigheid te tonen te midden van ons volk.

Vers 20:
‘HEERE, wij kennen onze goddeloosheid,
De ongerechtigheid van onze vaderen, want wij hebben gezondigd tegen U.
Verwerp ons niet omwille van Uw Naam,
maak Uw heerlijke troon niet te schande,
denk aan Uw verbond met ons, verbreek het niet.’

Wij bidden mee met Jeremia. En beseffen dat de nietige afgoden van de volken geen regen kunnen geven. ‘Bent U dat niet, de HEERE, onze God? Wij zien naar U uit, want al deze dingen doet U!’ (vers 22).

Zo trekken wij, woensdagavond 1 augustus vanaf 19.45 uur D.V., met weinigen of met velen, net zoals de Heere het leidt, naar de Betuwe om er Zijn aangezicht te zoeken, in verootmoediging, gebed en lofprijzing.

U bent van harte uitgenodigd om mee te komen bidden. Er is ruim voldoende parkeergelegenheid. Waar? 

Benaja Christelijke Zorgboerderij
Erichemsekade 12a
4116 GD Buren

 

Om een inschatting te kunnen maken van het aantal mensen dat van plan is te komen, wordt het op prijs gesteld als u dit mij even laat weten. Mailt u naar: info@dirkvangenderen.nl

Wees de eerste die reageert op "De aarde verwelkt…"

Geef een reactie